Midden-Limburg, het gebied tussen Susteren in het zuiden en de Peel in het noorden, kent een afwisselende natuur. Dit hangt onder meer samen met de ondergrond. Het IJzerenbos en de Hout bij Susteren zijn loofbossen op een leembodem met een rijke voorjaarsflora. Het eeuwenoude Susteren had vroeger een belangrijk stift met een bijzondere reliekenschat die eens in de Zeven jaar wordt getoond.
De Doort bij Echt ligt in het voormalige stroomgebied van de Maas. De kleilagen die deze rivier in de loop der eeuwen heeft afgezet zijn hier afgegraven ten behoeve van de dakpannen- en baksteenindustrie van onder meer De Valk. De hierdoor ontstane tichelgaten zijn nu paradijzen voor watervogels, rietvogels en moerasvogels. Zo kunnen hier de Nachtegaal, de Wielewaal en de Koekoek worden gehoord. In de bossen in dit gebied staat ook een uitbundige voorjaarsflora en daarnaast herbergt deze omgeving een zeer bijzonder amfibie, de Boomkikker. De Maasplassen zijn een zeer typisch landschap voor Midden-Limburg. Het Koningssteen bij Thorn is een natuurontwikkelingsgebied waar op een niet afgegraven landtong te midden van grindgaten een zachthoutooibos met wilgen is ontstaan. Op de grindgaten leven grote aantallen watervogels, met name ’s winters als allerlei soorten uit noordelijke streken hierheen komen om te overwinteren. Thorn zelf was ooit de zetel van een adellijk stift en had grote landerijen. In het plaatsje zelf zijn de voormalige abdijkerk en de vele witte huizen het aanzien meer dan waard. De Beegderheide is een heide waar de zandige ondergrond zorgde voor het ontstaan van heidevelden en prachtige vennetjes. Rondom de vennetjes staat een bijzondere venoevervegetatie met Kleine zonnedauw, Moeraswolfsklauw en Witte en Bruine veldbies. Ook is het gebied rijk aan libellen. Later werden dennenbossen voor mijnhout in het gebied aangeplant waardoor vogels als Zwarte mees en Kuifmees het gebied ontdekten.De dalen van de Leubeek en de Zelsterbeek bij Haelen worden bewoond door Bevers. Langs de oevers liggen broekbossen waar Dotterbloemen, Gele lis en diverse soorten zeggen bloeien. Bijzonder zijn ook de oude watermolens langs de beek, zoals de St. Ursulamolen, een voormalige olie- en graanmolen.
Ook de Swalm is een fraai meanderende zandbeek met broekbossen langs de oevers. Hier leven bijzondere libellen als de Gaffellibel en de Beekrombout. Ook de Bever en de IJsvogel zijn hier te vinden. Iets hogerop langs de Swalm ligt het Elmpter Schwalmbruch, een vochtig heidegebied met veel Jeneverbessen.
Het Weerterbos en de Krang zijn broekbossen, hier staat de waterstand permanent dicht onder het oppervlak. Het Weerterbos is bekend vanwege de Edelherten en de bijzondere dagvlinders die hier leven.
Uniek is de Groote Peel, een hoogveengebied op de grens van Limburg en Noord-Brabant. Hier bestaat het landschap uit kleine boerenturfputten aan de Limburgse zijde en aan de Noord-Brabantse kant juist grote industrieel verveende plassen. De Peel herbergt bijzondere dieren zoals de Wulp, de Heikikker en de Geoorde fuut. Olaf Op den Kamp heeft een nieuw wandelboek geschreven met als titel ‘Natuurparels in Midden-Limburg’ met daarin 10 rondwandeling door de mooiste natuurgebieden tussen Susteren en de Peel. De wandelingen variëren in lengte van 7 tot 20 km en in de beschrijvingen is veel plaats ingeruimd voor de beschrijving van de flora en fauna langs de weg. Tijdens de voordracht neemt Olaf Op den Kamp u mee door deze natuurgebieden waarbij u niet alleen kunt genieten van de prachtige beelden van de landschappen, de planten en de dieren, maar ook veel hoort over de geschiedenis van de landschappen.